Verschenen in De Standaard op 02/05/2023
De gangbare operatie, waarbij een deel van de meniscus weggenomen wordt, werkt de slijtage van de knie verder in de hand.© Getty
Het is een oud zeer van onze gezondheidszorg: overbehandeling. In ons land grijpen artsen eerder te snel dan te traag in, zowel met medicatie als met operaties. Daarvan zijn de meniscusoperaties bij 50-plussers een bekend voorbeeld. De pijn in de schokdemper van de knie is vaak te wijten aan ‘ouderdomsscheuren’ die zich laten voelen als de knie plots meer belast wordt, bijvoorbeeld door een nieuwe sport te beoefenen. De gangbare operatie, waarbij een deel van de meniscus weggenomen wordt, werkt de slijtage van de knie verder in de hand.
De ziekteverzekering (Riziv) grijpt nu in. De orthopedisch chirurgen en huisartsen kregen een dwingende brief in de bus over een publicatie in het Staatsblad: op jaarbasis mag elke arts niet meer dan 45 procent van de meniscusoperaties uitvoeren bij patiënten ouder dan 50 jaar (DS 2 mei). Dat percentage ligt nu (gemiddeld) ruim boven 50 procent.
Het is de eerste ‘indicator’ waarmee het Riziv artsen aanmaant om terughoudender te zijn met operaties, het zal niet de laatste zijn. Patiënten mogen dus vaker artsen verwachten die eerst een minder ingrijpende behandeling voorschrijven en pas als laatste redmiddel opereren.
Enkele prominente 50-plussers zijn daarvan overtuigd. Zo tweette onderwijsspecialist Dirk Van Damme dinsdag: ‘Akkoord met tegengaan medische overconsumptie. Maar dit is leeftijdsdiscriminatie en een zeer gevaarlijke ontwikkeling in de gezondheidszorg.’ En bij opiniemaker-journalist Rik Van Cauwelaert klonk het: ‘Sommige knieën zijn gelijker dan andere.’
Het was nochtans een vijftigplusser die de kwestie enkele jaren geleden op de agenda zette: Patrik Vankrunkelsven, professor huisartsengeneeskunde (KU Leuven), had samen met collega’s geanalyseerd hoe ouderdomsslijtage in de knie wordt behandeld. In deze krant legde Vankrunkelsven toen uit dat meniscusscheuren bij 50-plussers er anders uitzien dan bij twintigers die tijdens het sporten een verkeerde beweging doen: ‘Die patiënten (de 50-plussers, red.) hebben evenveel aan oefentherapie om de pijn te verminderen. Als je een deel van de meniscus verwijdert, is het alsof je een gat in de haag probeert te verkleinen door er verder in te knippen. Waarom zou je opereren als het niet baat?’
Bij ons vinden in verhouding ook veel meer knieoperaties plaats dan in landen als Noorwegen en Zweden.
Zelfs de orthopedisten beseffen dat nu te vaak voor een operatie wordt gekozen. De quota zijn ook niet plots van bovenaf opgelegd, zegt Johan Blanckaert, voorzitter van artsensyndicaat Bvas. ‘Er is vorig jaar met de beroepsverenigingen over gesproken. Daar heerst consensus dat minder 50-plussers een meniscusoperatie moeten ondergaan. Aan de patiënten wordt kinesitherapie als alternatief aangeboden. Als blijkt dat die niet helpt, kan de arts alsnog opereren. Een deel van de patiënten zal zo een operatie vermijden, een ander deel zal er langer op wachten.’
De indicator voor de knieoperaties is de allereerste die volgt uit een wet die vorig jaar werd goedgekeurd. Op dit moment zijn twee nieuwe indicatoren in bespreking, klinkt het bij het Riziv.
Binnen het Riziv buigt de Nationale Raad voor Kwaliteitspromotie zich over de dossiers. Daarin zetelen onder meer vertegenwoordigers van de universiteiten en de mutualiteiten. Ze gaan aan de slag als ze een (wetenschappelijk onderbouwd) voorstel voor nieuwe indicatoren hebben ontvangen.
Over welke ingrepen nu op tafel liggen houdt iedereen de lippen stijf op elkaar. Dit is alvast een kanshebber: de oorbuisjes voor jonge kinderen. In 2019 kaartte de CM aan dat neus-, keel- en oorartsen niet altijd de richtlijnen naleven en soms te snel overgaan tot een ingreep.
‘Nee’, zegt An-Sofie Soens, communicatiemedewerkster bij het Riziv. ‘De indicatoren zijn eerst en vooral bedoeld om de artsen te sensibiliseren. Vanaf nu worden hun operaties in de gaten gehouden. Over een jaar hebben we dan de cijfers van de meniscusoperaties per arts en het aandeel 50-plussers. Als dat percentage hoog ligt, zullen we uitleg vragen en horen wat de arts daaraan zal doen. Het is niet de bedoeling om de arts meteen te sanctioneren. Het gaat ook nooit over individuele patiënten, dus angst is niet nodig.’
Volgens Bvas-topman Blanckaert moet wel in de gaten gehouden worden of patiënten niet de dupe worden van de indicatoren. ‘Wordt daarmee alleen de overconsumptie aangepakt of weigeren artsen voortaan te vaak een operatie? Artsen moeten de operaties kunnen blijven uitvoeren die nodig zijn.’